Rene Magritte noemde zijn schilderij ‘Ceci n’est pas une pipe’ (‘deze pijp is geen pijp’). Een douane expert zou net zoiets kunnen zeggen. Bij invoer classificeert hij namelijk een pijp als code 9614009000. Oftewel Hoofdstuk 96, DIVERSE WERKEN; Pijpen (pijpenkoppen daaronder begrepen), alsmede delen daarvan; andere.

In dit blog ga ik wat dieper in op: ‘Ken je product’ (zie vorig blog). En dan niet hoe ú uw product ziet, maar hoe de douane naar uw product kijkt. Zodat u daar weer op kan inspelen.

Classificatie

De douane gebruikt een standaard classificatie waarmee in principe alles in te delen is. Verdeeld over 21 afdelingen en 99 hoofdstukken wordt alles van levende dieren, computers, hout en schoeisel tot machines, kunstvoorwerpen en wapens ingedeeld in codes. U kunt zelf kijken hoe de classificatie eruit ziet op de website van de Nederlandse douane of de Europese Commissie. Deze classificatie bepaalt (samen met het land van oorsprong) hoe hoog de invoerrechten zijn, maar ook of er beperkingen zijn voor import of export.

U begint dus met vast te stellen wat de juiste classificatie is van het product. Maar hoe doet u dat dan? Het lijkt misschien simpel, maar het venijn zit in de details. Er zijn legio voorbeelden van lastige gevallen, zoals kerstspeelgoed, schoenen of kauwgombalautomaten. Is het kerstdecoratie of speelgoed? Zijn het volledig leren schoenen of alleen een leren zool? Kauwgom is eetbaar, de automaat niet – welke van de twee is leidend?

Classificeren is een specialisme, een echt vak. Dus maak gebruik van een expert. Deze helpt bij het classificeren van uw product en geeft aan of u eventueel een vergunning nodig heeft voor in- of uitvoer. Of dat het product helemaal niet in- of uitgevoerd mag worden.

Oorsprong

Ik noemde al even het land van oorsprong. Simpel gezegd: het land waar het product gemaakt, geoogst of geboren is. Het land van oorsprong bepaalt of de standaard invoerrechten verhoogd of verlaagd worden. Bijvoorbeeld: in plaats van 16% invoerrechten betaal je 0% voor bananen uit Ecuador door een handelsverdrag. Daarentegen geldt op import van zonnepanelen en staal vanuit China (bepaalde producenten) extra invoerrechten. U wilt daarom precies vaststellen wat de oorsprong is.

De oorsprong vaststellen is niet altijd even makkelijk. Grondstoffen kunnen immers uit verschillende landen komen. De eerste assemblage is in land A gedaan en verdere assemblage in land B, etc. Hiervoor heeft de douane zogenaamde oorsprongsregels opgesteld. Goed om te lezen als u twijfelt over de oorsprong van uw product.

Kijk verder

U heeft uw product geclassificeerd, u weet de oorsprong en de invoerrechten en/of beperkingen. Valt het mee of valt het tegen – bedenk dat dit niet per se het eindpunt is en kijk verder. Ga op zoek naar verbeteringen. Zoals een aanpassing van uw product zodat het een andere classificatie krijgt, andere oorsprong van uw product (andere leverancier) of andere opzet van uw supply chain.

De supply chain is zo opgezet dat u of het eindproduct óf de grondstof importeert. Omdat de invoerrechten variëren, kan het slimmer zijn om in Nederland de grondstoffen te verwerken tot eindproducten. Bekend voorbeeld is cacao: cacaobonen invoeren is goedkoper dan cacaopoeder en nog veel goedkoper dan chocolade. Maar het geldt ook voor de pijp van Magritte: voor het ebauchon (blok hout) betaal je 0% invoerrechten, terwijl je voor het eindproduct 2.7% betaalt.

Laatste tip

Invoerrechten zijn overal in de EU hetzelfde, dus het heeft geen zin om daarvoor te gaan shoppen in andere EU landen. Wel zijn er verschillen op een beperkt aantal producten als koffie, frisdrank en accijnsgoederen.

In mijn volgende blog ga ik dieper in op inspecties en bijbehorende vergunningen. Als u vragen, opmerkingen of suggesties heeft – stuur ze in via dit blog of per e-mail via hkolk@boltrics.nl.

Deze berichten worden geleverd “as is” zonder garanties en geven geen rechten.
U neemt alle risico’s aan voor gebruik.